Startersregeling TVL

De staatssecretaris van EZK heeft de subsidieregeling tegemoetkoming vaste lasten (TVL) voor startende mkb-ondernemingen gepubliceerd. De regeling is inmiddels in werking getreden en vervalt per 1 januari 2022. In een Kamerbrief van 21 januari 2021

De staatssecretaris van EZK heeft de subsidieregeling tegemoetkoming vaste lasten (TVL) voor startende mkb-ondernemingen gepubliceerd. De regeling is inmiddels in werking getreden en vervalt per 1 januari 2022. In een Kamerbrief van 21 januari 2021 is de regeling voor starters aangekondigd. De regeling geldt voor ondernemers, die volgens de inschrijving in het handelsregister zijn gestart tussen 1 oktober 2019 en 30 juni 2020 en is beperkt tot het eerste kwartaal van 2021.

De startersregeling kent dezelfde afbakening als de TVL. Dit betekent dat de regeling niet geldt voor:

  • financiële instellingen;
  • overheden en extraterritoriale instellingen;
  • huishoudens;
  • publiekrechtelijke rechtspersonen;
  • overheidsbedrijven;
  • bekostigde scholen en instellingen voor beroeps- en hoger onderwijs.

Het omzetverlies moet meer dan 30% bedragen. De vaste lasten moeten minimaal € 1.500 bedragen, net als bij de TVL. Als referentieperiode voor het omzetverlies geldt het derde kalenderkwartaal van 2020 vanwege de versoepelde coronamaatregelen in die periode. Het omzetverlies wordt bepaald door de omzet van het eerste kalenderkwartaal van 2021 te vergelijken met de omzet van de referentieperiode. Subsidies, tegemoetkomingen of andere steun van de overheid in verband met de bestrijding van de coronacrisis maken geen deel uit van de omzet voor de toepassing van deze regeling.

De vaste lasten worden bepaald op een per SBI-code vastgesteld percentage van de omzet. De vaste lastenpercentages per SBI-code zijn dezelfde als bij de TVL. De subsidie bedraagt de referentieomzet maal het omzetverlies in procenten maal het vaste lastenpercentage maal 85%. De subsidie bedraagt maximaal € 124.999 per getroffen startende mkb-onderneming en minimaal € 1.500.

Aanvragen voor deze regeling kunnen vanaf 31 mei 2021 worden ingediend bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) via een daartoe beschikbaar gesteld formulier.

Om het risico op misbruik en oneigenlijk gebruik van deze regeling te beperken, moeten ondernemingen die tussen 16 maart 2020 en 30 juni 2020 zijn ingeschreven en die een subsidie van minimaal € 25.000 aanvragen, een verklaring van een onafhankelijke deskundige aanleveren. De deskundige derde kan deze verklaring onafhankelijk van de aanvrager indienen op het portaal van RVO.nl. Aanvragen kunnen worden ingediend tot en met 12 juli. RVO.nl stelt de subsidie direct vast en werkt dus niet met voorschotten. De uiterste datum van subsidievaststelling is 31 december 2021.

Bron:Ministerie van Economische Zaken en Klimaat| besluit| WJZ/ 21037856, Staatscourant 2021, Nr. 27418| 27-05-2021

Share:

More Posts

Laag tarief bij tijdelijk gebruik van meer dan zes maanden

De staatssecretaris van Financiƫn heeft het beroep in cassatie ingetrokken tegen de uitspraak van Hof Den Haag van 10 april 2025. De uitleg van het hof biedt duidelijkheid omtrent de toepassing van het verlaagd tarief en de startersvrijstelling en

Aanmaningskosten terecht, ondanks beroep op verjaring

In 2016 ontvangt een ondernemer een naheffingsaanslag accijns van € 279.058. Zes jaar later, in 2022, ontvangt hij een aanmaning van de Belastingdienst met € 18 aanmaningskosten. De ondernemer betwist deze kosten, omdat hij meent dat zijn

Emigrant wint kwijtschelding van conserverende aanslag

Een Nederlandse ondernemer emigreert in 2012 naar Zwitserland en krijgt een conserverende aanslag van € 12,2 miljoen over zijn aanmerkelijk belang. Na tien jaar uitstel van betaling vraagt hij kwijtschelding, maar de Belastingdienst weigert,

Send Us A Message