Financieel belang geen aanleiding verlaging vergoeding van immateriële schade

Bij overschrijding van de redelijke termijn voor behandeling van een zaak kan de belanghebbende vragen om vergoeding van immateriële schade. De Hoge Raad heeft in een arrest uit 2016 een normbedrag vastgesteld van € 500 per half jaar

Bij overschrijding van de redelijke termijn voor behandeling van een zaak kan de belanghebbende vragen om vergoeding van immateriële schade. De Hoge Raad heeft in een arrest uit 2016 een normbedrag vastgesteld van € 500 per half jaar termijnoverschrijding.

De Rechtbank Noord Holland heeft in een procedure over een WOZ-beschikking de vergoeding voor immateriële schade beperkt tot een bedrag van € 50 per halfjaar. De WOZ-beschikking betrof een kinderdagverblijf. Voor de rechtbank was het geringe financiële belang van de procedure aanleiding om af te wijken van het normbedrag. In hoger beroep oordeelde Hof Amsterdam dat er in bijzondere gevallen ruimte is voor afwijkingen van het normbedrag. Het financiële belang bij de procedure bedroeg € 750 aan onroerendezaakbelasting. Het hof vond het feit dat dit bedrag lager is dan de gevraagde vergoeding van € 1.000 geen reden om af te wijken van het normbedrag. Volgens het hof impliceren forfaitaire bedragen een zekere bandbreedte, zodat de vergoeding voor geleden immateriële schade hoger kan zijn dan het financiële belang van een zaak.

Bron:Gerechtshof Amsterdam| jurisprudentie| ECLINLGHAMS2024355, 23/633| 15-01-2024

Share:

More Posts

Erfpacht afkopen of rente betalen?

Een man koopt in 2006 een woning op erfpachtgrond. Hij financiert deze met een hypothecaire lening. In 2018 koopt hij de blote eigendom en verkoopt vervolgens de volle eigendom van de woning en grond aan derden. De koopsom voor de blote eigendom van

Hoger beroep toch op tijd door feestdag

De termijn voor het indienen van een hoger beroepschrift bedraagt zes weken. Die termijn begint te lopen vanaf de dag na de verzending van de uitspraak van de rechtbank. De Algemene termijnenwet (Atw) bepaalt dat als de laatste dag van een termijn op

Pensioenaanspraken belastbaar ondanks geen uitbetaling

Vanwege liquiditeitsproblemen bij haar bv ontvangt een weduwe vanaf augustus 2016 geen pensioenuitkeringen meer, hoewel zij daar wel recht op heeft. In haar aangiften inkomstenbelasting over de jaren 2017 tot en met 2021 geeft zij deze niet-ontvangen

Send Us A Message